Oude spirituele teksten, langs geschriften over Enochiaanse magie, leggen allemaal de nadruk op het getal zeven. Het getal zeven heeft te maken met de zeven grote chakra's van de ziel; de krachtcentrales van de ziel. Zonder deze zeven chakra's kan men niet leven. Dieren hebben ook zeven grote chakra's langs hun ruggengraat. Daarom ligt er zoveel nadruk op het getal zeven in veel oude spirituele teksten en in de valse en bedorven geschriften van de Judeo/Christelijke Bijbel.
Door eeuwenlange onwetendheid als gevolg van de vernietiging van de geestelijke kennis, weten de meeste mensen niets van deze allesbepalende punten van de ziel. De vijand heeft gewerkt om ze te verzegelen. Wanneer de chakra's gesloten zijn, gebruikt men maar een heel klein percentage van zijn hersen- en geestkracht. De meeste mensen werken maar op 5 % van hun totale capaciteit. Dit heeft de mensheid duizenden jaren teruggehouden. Wanneer de chakra's niet volledig open zijn en goed functioneren, kan de slang niet opstijgen. De slang is altijd synoniem geweest met wijsheid.
De zeven chakra's komen overeen met het zichtbare lichtspectrum. De ziel heeft licht nodig en is van licht gemaakt. Wetenschap en ware spiritualiteit werken samen en vullen elkaar aan. Dit is de reden waarom de christelijke kerk altijd de wetenschap, en de wetenschappelijke kennis, heeft aangevallen, en op alle mogelijke manieren heeft gewerkt om ze te vernietigen. Dit heeft de mensheid niet alleen op technologisch gebied tegengehouden, maar heeft ons ook geestelijk tegengehouden.
Bijna alles wat geestelijk is, is gericht op de opwekking van de slang. Het getal zeven, de "144, 000," die de nadi's van de ziel zijn, het bereiken van wijsheid, en kennis, de "boom des levens" die een plattegrond is van de menselijke ziel [de stam symboliseert de ruggengraat, waarbij de takken de wegen symboliseren waarlangs de levenskracht van de ziel circuleert, en de bladeren en vruchten zijn voedsel voor de ontwikkelde ziel]; dit alles heeft betrekking op het bereiken van zowel lichamelijke als geestelijke volmaaktheid en onsterfelijkheid.
De vijand werkt onophoudelijk om de mensheid verdoemd te houden. Er is geen geheim van hoezeer "Jezus" ons allen haat. Door gebrek aan kennis, onwetendheid en verwaarlozing van de ziel, en door zich te houden aan de leugens en verdorven geestelijke kennis die aan bijna iedereen opgedrongen is, is de mensheid verdoemd tot de dood en tot het steeds maar weer herhalen van dezelfde fouten door de eeuwigheid heen. U kunt de kennis die u geleerd hebt niet meenemen als u reïncarneert. Wanneer men geboren wordt, vergeet men alles. Satan wijst ons de uitweg uit al dit onnodige en sadistische lijden.
Hoewel "Jezus" en "Jehova" beide fictieve verzonnen archetypen zijn, zijn de mensenhatende buitenaardse wezens achter dit gemene bedrog wel degelijk echt. De Nazarener is uitgevonden om de mensheid geestelijk tot slaaf en verdoemd te houden. De misleide volgelingen van de gruwelijke leer van het christendom, in plaats van te werken aan de vooruitgang van hun zielen, verwaarlozen ze die volkomen, en concentreren zich op "Jezus redt", wat een totale leugen is. De ziel die u redt is uw eigen ziel. "Jezus" is niets anders dan een misleiding en afleiding, die werkt om de mensheid in alle opzichten van vooruitgang af te houden. Alles in het christendom en zijn cohort de Islam is ontworpen om de volgelingen onwetend te houden van geestelijke kennis, zodat zij nooit onsterfelijkheid kunnen bereiken of enige geestelijke macht om hun eigen lot te bepalen. Zij blijven verdoemd als slaven, en lijden van leven tot leven. Wanneer iemands ziel geopend en bekrachtigd is, kan men van tevoren zien wat de resultaten van zijn daden zijn, hoe zijn daden anderen zullen beïnvloeden, enzovoort. Christenen en anderen die de Nazarener hoax aanhangen blijven onbewust, en door dit gebrek aan bewustzijn begaan zij eindeloos overtredingen en erger tegen anderen. De waarheid is dat "JEZUS" U HAAT!
Terug naar Belangrijke informatie over meditatie
© Copyright 2003, 2012, Joy of Satan Ministries;
Nummer in de bibliotheek van het Congres: 12-16457
